top of page
Foto van schrijverSaffraan Reizen

Mijn kameel

Wat is het beste souvenir dat je kunt kopen in het Midden-Oosten? Een kameel natuurlijk. Tenminste, als je een beetje ruim in je tijd zit want een kameel koop je niet in een handomdraai. Nee, de aanschaf van een kameel is een heel project.



Op de eerste plaats moet je je afvragen waar je de kameel voor wilt gebruiken. Gewoon als ‘boerenkameel’ in de kudde, of om toeristen op rond te laten rijden, of misschien zelfs voor een kamelenrace. De prijs die je voor een kameel moet betalen is uiteraard van invloed op het doel waarvoor je hem wilt gebruiken. De kuddekameel is het goedkoopst en de racekameel is het duurst. Het ligt voor de hand dat ook het onderhoud en de verzorging van zowel de toeristenkameel als de racekameel een hoger kostenplaatje met zich meebrengt dan een kuddekameel. Deze laatste eet per slot gewoon met de kudde mee als ze ergens op de route lekkere prikstruikjes gaan eten. Tot slot is ook het aankoopmoment van belang, vooral bij de racekameel. Ga je een kameel kopen als er al ergens in den lande kamelenraces staan gepland dan betaal je zo het dubbele. De kamelen die al getraind zijn of zelfs al eens een race hebben gewonnen, zijn onbetaalbaar en vallen buiten mijn budget dus die laat ik buiten beschouwing.



Ik heb besloten een kameel te kopen voor een bedoeïenenfamilie. Ik ken hen al een aantal jaren en ik weet daarom dat ze wel wat extra inkomsten kunnen gebruiken.. Pa is op zijn 55e met pensioen gegaan en sindsdien moet het gezin met 6 kinderen tussen de 14 en 31 jaar rondkomen van 200 dollar per maand. De kinderen, met name de zonen, helpen uiteraard mee om de huishoudbeurs te spekken met het verkopen van ansichtkaarten, sjaals, kettinkjes of met het rondrijden van toeristen op de kameel. Ze hebben zelf geen kameel dus lenen ze die van een kameleneigenaar. Van elke 10 dollar die ze verdienen dragen ze $7.50 af en mogen ze er zelf $2.50 van houden. Me dunkt, dat lijkt me geen frisse verhouding. Ik besluit daarom een kameel voor hen te kopen. Ik ben officieel de eigenaar maar ze hoeven mij geen geld af te dragen . De familie verzorgt het dier en houdt het geld wat ze ermee verdienen gewoon zelf. Uitzondering hierop vormt het mogelijk winnen van een kamelenrace. Daar is namelijk zoveel geld mee gemoeid dat ik daar uiteraard ook wel een deel van wil incasseren. Maar dat is weer een ander verhaal.



Vader en zoon gaan mee op zoektocht. Zij hebben per slot van rekening meer verstand van die dieren dan ik omdat ze al jaren tussen de kamelen wonen.

Pa Mohammed is blij met het extra inkomen van een toeristenkameel maar zoonlief Hassan droomt van het winnen van een race. Dus het moet een speciale kameel worden, die beide doelen dient. Je kunt een kameel kopen op een weekmarkt. Daar verzamelen de bedoeïenen uit de verre regio zich met hun verkoopbare kamelen. Soms zijn het kleine marktjes met een stuk of 20 of 30 kamelen maar er zijn ook markten waar er een paar honderd staan te brullen en te stinken.

Wij doen het anders. We bezoeken een kudde van een kameleneigenaar die bevriend is met de familie. Dat is heel logisch want je koopt geen kameel van een ‘vreemde’. Je gaat dus niet ‘shoppen’ van de ene kudde naar de andere voor een uitgebreid warenonderzoek,. Nee de relatie met de kudde-eigenaar is zogezegd belangrijker dan de keuzemogelijkheden die er allemaal zijn.

Met de pick-up gaan we op zoek naar de plaats in de steppe waar de kudde rondtrekt. Dit ritje zullen we een aantal keren maken. Natuurlijk betaal ik de benzine. De kudde-eigenaar is niet aanwezig als we langskomen want er bestaat een vanzelfsprekende vertrouwensband Er wordt al vrij snel een eerste keus gemaakt die is gebaseerd op de ‘loop’ van de kameel, de lengte van zijn poten, spiermassa aan de poten, het gebit, ogen, leeftijd, geslacht. Ik wil zelf het liefst een witte kameel want die zijn het zeldzaamst.



De meest opzienbarende testcase vind ik het bespringen van de kamelen. Zoonlief springt achterop het dier, achter zijn bult, en bekijkt dan hoe het dier zich gedraagt. Kan hij een mens dragen? Wordt hij paniekerig van de vracht? En wat zoonlief nog belangrijker vindt … kan hij hard rennen?

Ook andere familieleden en vrienden worden meegenomen om de springtest te doen en te bekijken of de kameel wel een echte renner is. Na veel pick-upritjes, veel thee en benzine kan ik kiezen tussen een witte kamelenmoeder met kind, of een wit, jong, gespierd mannetje van 6 jaar oud. Het wordt de laatste en we noemen hem Wadah. Met het geven van een naam geef je uitdrukking aan een bepaalde passende eigenschap van het dier. Wadah betekent ‘briljant en talentvol’. Een veelbelovende naam voor een veelbelovende kameel.

De uiteindelijke onderhandelingen worden gedaan door pa. Dat kan echt niet worden overgelaten aan een (westerse) vrouw. Ik had wel verwacht dat pa zou gaan pingelen want hij kent per slot de familie en hij gunt mij toch zeker wel ook een koopje? Maar dit werkt blijkbaar niet zo, sterker nog … het is eerder andersom. Omdat de kameleneigenaar tot een betrouwbare familie behoort, moet ik juist een flink bedrag te betalen; daarmee toon ik vertrouwen en respect.



De poten van de kameel worden samengevouwen, touw erom en hup in de pick-up richting huis. De kameel moet eerst een tijdje wennen aan zijn nieuwe omgeving. Dat is de ‘buitentuin’ van de bedoeïenenfamilie. Een gecultiveerd stuk land aan de rand van de woestijn waar men groente verbouwt, fruit teelt en van alles en nog wat. Eeuwenoude tuinen zijn het die voor de nodige proviand zorgen voor zomer en winter en ook voor de nodige koelte want er staan veel palmbomen in. Wadah kan een tijdje wennen in deze fraaie oase. Zoonlief kan niet wachten om met de kameel in training te gaan. Over een paar maanden begint namelijk het kamelenrace seizoen. Hij is zelf ook in training. Zo probeert hij serieus af te vallen want zo zal de balast van de kameel minder zijn en zal hij dus sneller de eindstreep halen.


De kamelenraces zijn een jaarlijks terugkerend evenement. Bijzonder populair ook, niet alleen vanwege het vertier maar ook vanwege de geldprijzen die er gewonnen kunnen worden. Er heerst een energieke spanning in het dorp als ‘de races eraan komen’…

Betreffende races worden doorgaans gefinancierd door de Saoedi’s. Die hebben per slot van rekening veel geld en de arme bedoeïenen in het dorp niet. De Saoedi’s komen jaarlijks met veel poeha het dorp binnen. Ze zetten hun fraaie bedoeïenententen op op een toplocatie in het dorp. Hun moderne bolides worden voor de tenten geparkeerd. Hun spierwit gesteven keffiya’s steken fel af tegen de boerenhoofddoeken van de mensen uit het dorp. Hun kamelen zijn slanke goedverzorgde dieren en prachtig geschoren. Dat bevordert de aerodynamica zegt men. De jockeys zijn jonge jongens met prachtige racepakjes aan. Er zijn ook Saoedi’s die robots laten rijden, omdat die veel minder wegen dan een mens, maar in ons dorp mag dat niet. Gestroomlijnd of geschoren, het maakt eigenlijk niet uit want waar het allemaal om draait is de prijzenpot. Deze wordt uiteraard ook gefinancierd door de Saoedi’s. De eerst prijs is meestal een sjieke auto. Maar daar racet men in ons dorp niet voor. Hier gaat men voor de tweede prijs; cash dollars. Een beetje prestigieuze race levert toch al gauw tussen de $4000 en $6000 op. Me dunkt dat je daar heel wat voor kunt doen. Naast het geld levert de prijs je ook een enorme status op. De eretitel ‘kamelen-race-winnaar’ raak je nooit meer kwijt. Het gewonnen geld gaat uiteraard niet in de eigen zak van de jockey maar linea recta naar degenen uit de familie die het geld het hardst nodig heeft. Salem bijvoorbeeld, die wil heel erg graag trouwen maar krijgt het geld voor zijn bruiloft niet bij elkaar. Als hij de race dit jaar zou winnen zou hij eindelijk zijn trouwdatum kunnen plannen. Feit is dat de tweede prijs doorgaans inderdaad ook wordt gewonnen door de dorpelingen. En trots dat ze dan zijn! Dat hebben ze mooi weer gefikst tegenover die Saoedi’s met hun sjiek de friemel uitstraling en geschoren kamelen. De Saoedi’s op hun beurt maakt het niet veel uit. Ze hebben toch geld zat en hebben hun vertier weer gehad en een weekje lekker kunnen genieten van de geneugten die in hun eigen land verboden zijn.




Maar voor het racen is de tijd nog niet rijp. Staat zoonlief te popelen om te gaan trainen, ikzelf kan niet wachten om de kameel te voorzien van een zadel en mooie versierselen. Dat is ook een heus project. De kamelenwinkel is een ware snoepwinkel. Het hangt vol met kleurige stoffen, garens, kralen schelpjes, belletjes, halsters en alles wat je maar kunt bedenken om een kameel op te kalefateren. Eerst moet een zadel worden aangemeten want het is belangrijk dat alles goed op en om zijn mooie lijf past. Een stalen constructie vormt de basis van een goed zadel. Daaromheen worden kussens en kleurige stoffen aangebracht, al dan niet versierd met kwastjes en andere opsmuk.



Ik vind het geweldig en Wadah hopelijk ook. Als witte kameel komen de kleuren bij hem extra goed uit. Je begrijpt dat hij door de straten gaat als best geklede kameel uit de wijde omtrek ……


©Dionne Delnoy

14-05-2020



2.185 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven

Kommentare


bottom of page